Een equinox (Latijn: aequinoctium, gelijke nacht) is een tijdstip in het jaar waarop de zon loodrecht boven de evenaar staat. Er vindt op aarde tweemaal per jaar een equinox plaats, namelijk op of rond 20 maart (Latijn: aequinoctium vernum) en op of rond 23 september (Latijn: aequinoctium autumnale) .
Op het tijdstip van de equinox is de lengte van dag en nacht overal op aarde ruwweg gelijk, namelijk een half etmaal — en komt de zon precies in het oosten op. Een uitzondering hierop zijn de Noord- en Zuidpool. Daar komt de zon op bij de ene equinox en gaat hij onder bij de andere equinox.
Andere benamingen voor de Lente Equinox zijn: Alban Eilir, EOSTAR, Eostre, Feest van Maria Boodschap van de Heilige Maagd Maria, Festival of Trees, Lady Day, NawRuz, No Ruz, Ostara, Ostra, Rites of Spring. Voor de Keltische Druïden is het de tijd dat dag en nacht even lang zijn en dit gebeurt ruwweg wanneer de Zon op 0 * van de Ram staat en opnieuw in de herfst wanneer de Zon op 0 * van de Weegschaal staat.
De naam voor het festival van de Lente Equinox in Druidry is Alban Eilir, wat betekent "Het licht van de Aarde" . Als de zon warmer wordt, begint het leven zich te tonen door middel van de bodem. Kleine tekens in eerste instantie - de narcissen en krokussen - dan meer groen als de boshyacinten en hout anemonen zich verspreiden door het bos. Planten worden door sommigen gezien als levenloos groen met geen echte gevoelens en levenskracht. Maar Druïden zien het leven in alle levende wezens, van rotsen en stenen, tot rivieren en bronnen, planten en bomen - alle leven is heilig. Hoe weet een plant weet wanneer het tijd is om te groeien? Het kan geen tijd zien of kijken op een kalender. En toch gebeurt ‘t, als het zintuigen heeft, dan heeft het bewustzijn, als het bewustzijn heeft dan is meer dan een levenloze levensvorm. Dus het is de terugkeer van het leven aan de Aarde dat wordt gevierd op Alban Eilir, de tijd van balans.